De droomprins – Catherine Newell
‘Eva, wat is daarop je antwoord?’
‘Ja.’ Er was nooit een vraag geweest die gemakkelijker te beantwoorden was. Haar verrukte glimlach werd breder toen Jeroen haar naar zich toe trok.
‘Nu ben je echt de mijne, schatje.’ Ze kon zo ongeveer het tedere gefluister van haar nieuwe echtgenoot horen over het gejuich van haar zwager.
Als klein meisje was Eva nooit het soort geweest dat droomde van sprookjesachtige bruiloften. Ze had het te druk met het nabootsen van The Karate Kid met haar broer in hun boomhut. Maar toen ze Jeroen twee jaar geleden ontmoette, veranderde er iets. Hij was zorgzaam. Hij stuurde haar de hele dag schattige sms’jes. Hij kwam onaangekondigd langs haar kantoor om haar bloemen te brengen. Toen hij na twee maanden daten haar had verteld dat ze perfect samen waren, kon Eva het er niet mee oneens zijn. En nu had haar droomprins net beloofd zolang als ze leven mogen bij haar te blijven. Ze voelde zich al een beetje aangeschoten zelfs voordat Jeroen haar het glas van de bovenkant van de champagnetoren aan gaf.
**
Het ochtendzonnetje verwarmde de Egyptische katoenen dekbedovertrek. Eva strekte zich traag uit voordat ze een langzame slok nam van het mokje koffie dat Jeroen haar net had gebracht. Zodra ze klaar was met de melkachtige Nespresso, zwaaide ze haar benen uit bed en reikte naar de zwarte rok die over de rugleuning van de stoel hing.
‘Je hoeft dat niet te doen,’ zei Jeroen, terwijl hij zijn stropdas recht trok.
‘Wat hoef ik niet te doen? Mijn kleding aandoen? Ik denk niet dat mijn collega’s blij zouden zijn als ik in mijn adamskostuum naar het kantoor kwam!’
‘Nee, je hoeft niet te gaan werken. Je bent mijn echtgenote. Ik zorg voor je. Zou je niet liever op een spa-dag gaan of zoiets? Ik verdien genoeg voor ons beiden, nietwaar?’
Eva pauzeerde. Natuurlijk zou een dag bij het kuuroord ontspannender zijn dan nog eens acht uur onderhandelen met vervoerders. Maar haar baan afzien? Dat was niet iets waar ze ooit aan had gedacht.
‘Het is gênant, weet je wel Eefje, om een vrouw te hebben die doet alsof ik niet voor haar kan zorgen.’
Eva’s hoofd ging nog tekeer toen ze haar ID-kaart toonde bij de deuren van het exportmanagementbedrijf waarvan ze de afgelopen acht jaar de carrièreladder had beklommen. Ze haalde diep adem en drukte haar handen tegen het koele glas van haar bureau voordat ze haar computer aanzette en probeerde zichzelf af te leiden door een spreadsheet vol achterstallige facturen.
Zodra de klok 17.00 uur sloeg, rende Eva de metalen antisliptreden af en reed naar het huis van haar zus. Petra was slechts drie jaar ouder, maar ze gaf altijd de beste adviezen — bijzonder na een paar glaasjes rode wijn. Ze deed de deur open met haar tweejarige zoontje op haar heup.
‘Hij biedt aan om voor je te betalen om met je vriendinnen te luieren, lieffie. Waar klaag je in hemelsnaam over?’ riep Petra uit zodra ze het verhaal van haar zusje had gehoord. Ze schonk zich slaperig nog een glas wijn in. Volgens haar Twitter-bio was ze ‘Microbioloog-Moeder-Echtgenote’ en het balanceren van dit drievoudige leven bracht haar vaak bijna aan het huilen. Natuurlijk zei het account van haar man niets over vaderschap, maar zo is het leven. Iedereen moet aan zijn imago denken. Als Eva’s man haar de kans bood om te ontsnappen aan de zakelijke ratrace, waarom zou ze die dan afwijzen? Dat meisje wist duidelijk niet hoeveel geluk ze had dat haar man net zo liefdevol was als Jeroen.
**
Alles was wazig, behalve de stekende pijn in Eva’s keel. Voor haar plakkerige ogen zagen haar karmijnrode vingernagels er voor haar uit als robijnen op de toiletbril-ring. Ze legde haar hand zachtjes tegen haar buik en probeerde zichzelf te overtuigen dat het allemaal de moeite waard was. Toen ze beverig onder de douche stapte, klaar om het braaksel uit haar donkerblonde krullen te wassen, wierp ze een blik op de LCD-klok aan de muur: 20:58. Ze vervloekte in stilte de geluksvogel die de term ‘ochtendmisselijkheid’ had bedacht.
Vers gedoucht en ingeduffeld in haar behaaglijke kamerjas, liep Eva behoedzaam terug naar de slaapkamer. Jeroen lag al op het kingsize bed en scrolde afwezig door Instagram. Ooit zou Eva iets gevoeld hebben bij de aanblik van Jeroens gespierde lichaam in die strakke blauwe boxershort, maar nu was het enige waar ze aan kon denken een goede nachtrust.
‘Wat draag je daaronder, schatje?’ vroeg Jeroen met die hese stem die maar één ding betekende. Eva glimlachte zachtjes, maar schudde haar hoofd: ‘Niet vannacht, lieverd.’
‘Niet vannacht? Niet vannacht? Je vertelt me elke avond hetzelfde!’
‘Jeroen, ik voel me echt niet goed.’
‘Je bent mijn vrouw, Eva. Was je dat vergeten? Ik doe alles voor je! Alles! Het minste wat je kan doen is soms met me vrijen!’
Eva zat op de rand van het bed en begon de aderen in zijn onderarm lichtjes met haar vingertop te volgen. Het was niet de eerste keer dat ze deze discussie hadden gehad. Hij zou in een minuutje kalmeren.
‘Is er een andere kerel? Is dat het probleem? Overdag, terwijl ik aan het werk ben, ga je vreemd?’ Hij was nu aan het schreeuwen: ‘Hoe weet ik zelfs dat de baby van mij is, jij slet?’
De ingelijste echofoto op het nachtkastje vloog over de slaapkamer en verbrijzelde tegen de garderobe. Eva probeerde op te staan, maar Jeroen hield haar tegen het bed en bewoog haar handen naar tussen zijn dijen: ‘als je geen werkloze alleenstaande moeder wilt zijn …’
Toen Jeroen bevredigd was, rolde Eva van hem af. Door haar tranen heen zag ze een bericht van Petra op haar telefoonscherm: ‘OMG!! Gefeliciteerd! Jij en Jeroen zijn zo’n geweldig stel! Jullie gaan ongelooflijke ouders zijn!’
**
‘Is dat niet het kraampje waar je dat bloemetje voor me kocht op ons eerste afspraakje?’ vroeg Eva toen ze reden door een brede boomrijke straat.
‘Ja, die wat rare luizen hadden,’ antwoordde Jeroen met een schudden van zijn hoofd, ‘Ik was bang dat je zou denken dat het een soort van teken was!’
Eva lachte en gleed haar kleine vingers onder Jeroens ruwe handpalm op de versnellingspook. Ze schakelden samen van versnelling, terwijl ze in de zijstraten naar een lege parkeerplek zochten. Hier voelde Eva zich veilig: naast haar man, hun vingers verstrengeld, melige oude liefdesliedjes op de radio, terwijl ze praatten over oude tijden.
Tegen de tijd dat Eva en Jeroen hun weg vanaf de parkeerplaats over het grasrijke park hadden gemaakt, waren Petra’s twee kleine kinderen al hun broodjes ham aan het eten. Nog voordat Eva op de enige relatief kruimelvrije hoek van het picknickkleed was gaan zitten, piepte haar zus opgewonden: ‘20 weken al! Hoe gaat het met je? En met het baby’tje?’
‘Ehm, ja, niet slecht. De ochtendziekte is nog vreselijk en —’
‘En ze is een beetje hormonaal!’ onderbrak Jeroen met een lach.
Petra lachte ook: ‘O God! Ik was verschrikkelijk toen ik zwanger was! Ik weet niet hoe mannen ons verdragen!’
Eva dwong een glimlach op haar gezicht, terwijl haar vuisten balden zich onbewust samen in haar schoot.
**
‘O, Fenna, Fenna, rustig maar. Mama is bij je,’ fluisterde Eva. Haar vijf dagen oude dochter kronkelde in haar armen. Het was drie uur ’s nachts en ze probeerde de huilende kleine Fenna al een uur lang te voeden. Ondanks het doordringende geschreeuw had Eva moeite om haar ogen open te houden. Jeroen mompelde iets en trok het dekbed over zijn hoofd.
‘Wat is er, popje? Doet je buikje pijn?’ Eva probeerde nog eens haar dochtertje aan te leggen, maar de baby bleef zo hard huilen als haar kleine longen toelieten.
‘Ik heb slaap nodig,’ gromde Jeroen.
‘Tja, ik ook, Jeroen,’ zei Eva. De spanning in haar stem was te voelen in de lucht.
‘Ik ook, Jeroen,’ herhaalde Jeroen spottend.
Eva zuchtte en stond op. Jeroen had nog maar twee dagen vaderschapsverlof. Daarna zou ze tenminste zijn klachten niet meer 24 uur per dag hoeven te horen. Ze droeg Fenna naar beneden naar de zacht lederen bank en probeerde haar opnieuw te voeden. Opgekruld in de armen van haar moeder, haar piepkleine gezichtje rood van de inspanning van het schreeuwen, kalmeerde Fenna uiteindelijk genoeg om te drinken. Terwijl Eva slaperig de zachte wang van haar dochter streelde, kon ze Jeroen boven horen stampen. Waarom nam de idioot deze gelegenheid niet aan om wat kostbare slaap in te halen?
Net toen Fenna eindelijk in slaap viel, kletterde Jeroen de trap af. De oude weekendtas die hij achter zich aan sleepte sloeg tegen elk van de houten treden.
‘Je baby maakt me gek. Ik kan er niet tegen!’ Jeroens bulderende stem sneed door Fenna’s herstartte hoge gil heen.
‘Onze baby, Jeroen. Jij was degene die dolgraag een kind wou.’
Jeroen zei geen woord meer tot hij halverwege de voordeur was: ‘Ik ga naar mijn broer. Zoek een plek om te wonen en geef me dan de sleutel terug.’
‘Schop je me echt eruit?’
‘Ik betaal de hypotheek.’ De woede in zijn stem was weg. Hij sprak koud, rustig, onverschillig. Alsof het een zakelijke transactie was, alsof hij niet van zijn vrouw en pasgeborene wegliep. Eva staarde in de diepblauwe ogen van haar huilende baby, maar haar geest was net zo verdoofd als haar lichaam.
**
‘Kom op Eefje! Kom naar huis!’
Eva las en herlas het bericht van haar man. Ze miste hem. Zo erg. Ze wilde gewoon weer in zijn sterke armen worden gehouden, elk sproetje op zijn wangen nog een keer kussen, nogmaals op zijn schoot opkrullen voor een afgezaagde romcom waarvan hij stiekem zou genieten ondanks zijn halfslachtige klachten. Ja, oké, het was niet het ‘lang en gelukkig’ huwelijk waar ze op gehoopt had, maar misschien werd het echte leven niet verondersteld een sprookje te zijn.
Maar dan … soms was het wel leuk alleen met Fenna te zijn. Ze hadden zich al gevestigd in een routine, maar met z’n tweeën. Zonder dat Jeroen schreeuwt en deuren dichtslaat, was Fenna ook gekalmeerd. Zonder Jeroen hoefde Eva niet op eieren te lopen.
Maar dan … is het juist om een dochter van haar vader te scheiden? Als hij dat wilde, kon Jeroen een geweldige vader zijn. Die eerste nacht, toen ze net thuiskwamen van het ziekenhuis, had hij de hele nacht wakker gelegen, Fenna huid-op-huid tegen zijn borst gehouden, haar tien perfecte teentjes en tien perfecte vingertjes keer op keer geteld.
**
‘Wat is er te eten?’ Dat was altijd Jeroens eerste vraag toen hij na het werk door de voordeur kwam.
‘Ik heb pizza besteld, schat. Ik moet het gewoon gaan ophalen,’ zei Eva, terwijl ze afwezig Fenna’s wiegje met één hand schommelde.
‘Je kon dus niet de moeite nemen om iets te koken? Je geeft mijn geld liever uit aan overprijsde junkfood?’
Eva luisterde geduldig naar de tirade van haar man, met één oog op hun trouwfoto die aan de krijtwitte muur hing. Wat was er sinds die dag gebeurd? Wat was er gebeurd met de knappe bruidegom die met zijn liefdevolle ogen naar haar terugkeek vanaf de foto?
Toen Jeroen voor een ademtocht pauzeerde, legde Eva haar handen op zijn schouders en trok hem tegen haar voor een kus. Ze glimlachte toen hij haar terug op de bank duwde, zijn tong vond zachtjes zijn weg tussen haar lippen. Ze wist hoe ze hem moest kalmeren.
Zodra Jeroen was waar hij wilde, met het gewicht van zijn lichaam bovenop Eva’s tengere figuur, stopte het zoenen. Zijn handen hadden haar gezicht gestreeld. Nu vormden ze een strakke collier rond haar keel.
‘Je denkt dat je zo slim bent, hè prinses? Je denkt dat je me om je vinger hebt gewonden.’
‘Nee, Jeroen, alsjeblieft. Laat me los!’
‘Waar geef je mijn geld nog meer aan uit? Ga je nog vreemd?’
‘Ik ben nooit —’
‘Hou verdomme je mond!’
‘Laat me —’
Zijn knokkels spanden zich. Zijn greep verstrakte.
‘Jer —’
Catherine Newell (1999) komt uit Reading, Engeland, maar op dit moment studeert ze Frans, Nederlands en Duits aan de University of Sheffield. Catherine heeft niet een specifieke schrijfomgeving, ze zit graag met haar laptop op haar bed of op de bank. Als het mooi weer is, zit ze graag op het balkon. Catherine won met haar verhaal ‘Kinderspel’ de voorronde van Write Now! Wereldwijd.